Visie op het Doel van de toekomst
Ons Doel voor morgen
Dorp biedt unieke meerwaarde voor de haven
Al jarenlang wordt Doel uitgespeeld tegen de Antwerpse haven. Of omgekeerd. In feite is dit een compleet overbodige tegenstelling en zouden de belangen van beide moeiteloos bij mekaar kunnen aansluiten. Doel kan uitgroeien tot een landelijk en historisch waardevol rustpunt aan de rand van de haven via een aanbod van horeca-bedrijven en kunstateliers, terwijl de haven met haar uitgestrekte Schelde-panorama"s een belangrijke artistieke dimensie kan bieden aan Doel. Het is tenslotte het laatste dorp dat nog gelegen is aan de oevers van de Schelde: een unieke kleinschalige oase in een grootschalig maritiem landschap.
Vanuit het centrum van Antwerpen kan een stroom van toeristen en Antwerpse bezoekers op gang worden getrokken die per boot een polder-rondvaart maken via diverse bestemmingen op beide Schelde-oevers.
Veel havensteden ter wereld kunnen ons dat benijden. Op Vlaams niveau blijft het conflict tussen de haven en Doel intussen de illustratie van één jammerlijk gemiste kans. Als bepaalde overheden verder kunnen gaan met de afbraak van Doel, zogezegd in het belang van de haven, betekent dat in feite een belangrijk verlies voor de haven. Want Doel zou nogal wat belangrijke functies voor die haven kunnen vervullen.
Meerwaarde voor havenbedrijven
In de ruime omgeving van Doel liggen tientallen grote bedrijven met massa"s werknemers en een stroom van commerciële bezoekers en klanten. Als Doel, net zoals Lillo-fort aan de overzijde van de Schelde, mee een rol kan spelen als ontspannings- en rustpunt aan de rand van de haven, biedt dat een belangrijke meerwaarde voor die havenbedrijven. Een etentje of een gezellige pint met klanten aan de prachtige Scheldeoevers, temidden van een rustiek gerenoveerd polderdorp, is immers meer dan welkom: in de wijde omgeving is aan die kant van de Schelde nauwelijks een degelijk horeca-aanbod te vinden.
De unieke ligging van het dorp met zijn opvallend raster- stratenpatroon en zijn merkwaardige contrasten (de oude windmolen tegenover de kerncentrale), geven het een uitgesproken artistiek karakter. Bovendien beschikt het dorp over een ongemeen rijk architecturaal-historisch aanbod. Er is het 17de-eeuwse Hoog Huis (dat nog toebehoorde aan de familie Rubens), de neo-barokke kerk, de oude pastorie met haar prachtige tuin en de vele als waardevol erkende woningen.
Kunst en poëzie
Doel is in de eerste plaats belangrijk als woongemeenschap. Maar het kan als kunstenaarsdorp een belangrijke meerwaarde krijgen die het dorp snel als volwaardige gemeenschap terug op de kaart zou zetten: vandaag vervallen en verdwenen huizen kunnen worden gerenoveerd of heropgebouwd tot kleinschalige galerijen en ateliers voor kunstenaars. Meerdere voorbeelden in binnen- en buitenland bewijzen hoe bijzonder leefbaar dat kan zijn. Allerlei artistieke evenementen kunnen inpikken op de maritieme kunst, in een dorp dat middenin de haven én langs de Schelde ligt. De Antwerps-Wase regio telt talrijke maritieme kunstenaars die intussen nog geen eigen plek hebben verworven. Een (vandaag nog onbestaand) Museum voor Maritieme Kunst kan hier aansluiten bij het sociale leven van een havengemeenschap: die heeft immers alles te danken aan die stroom en ziet dat dan ook graag artistiek uitgedrukt.
Grote welkomst-kunstwerken aan de beide Scheldeoevers in Doel en in Lillo-fort kunnen de in- en uitvarende maritieme bezoekers welkom heten in Antwerpen of een "tot ziens" symboliseren: Doel en Lillo-fort zijn immers de eerste levensgemeenschappen die schepen ontmoeten als zij de grens overvaren.
Het is opvallend hoe rustig het is in Doel, ook middenin de werkweek. Dat is dan deels te danken aan de Leefbaarheidsdijk die de Vlaamse overheid liet aanleggen tussen het dorp en het Deurganckdok. Maar ook aan het authentieke polderlandschap met zijn mengeling van landbouwgronden en natuurwaarden. Die rust versterkt de artistieke ontroering die het dorp uitstraalt. Iets wat bijvoorbeeld een verdere uitbouw van de bestaande poëziewandeling in Doel extra-zinvol zou maken. Poëzie-happenings rond een thema zoals "poëtische haven" zijn voor Doel dan ook bijzonder geschikt.
Gastronomie aan de Scheldeoevers
Gastronomisch heeft Doel een rijke traditie. Van heinde en ver zakte men naar het dorp af voor de jaarlijkse palingfeesten. Bedrijven uit het havengebied van de linkeroever maken tot de dag van vandaag graag gebruik van de horeca-faciliteiten die het dorp nog biedt.
Een compleet dorp dat gastronomie koppelt aan artistieke meerwaarden, scoort op zoveel plaatsen uitstekend, en dat zou in Doel niet anders zijn. De haven kan van een dergelijke ontwikkeling profiteren om de talrijke bezoekers informatie te verschaffen over het reilen en zeilen van een moderne haven en over de verdere uitbouw van die haven. Naast het poldermuseum en het havencentrum in Lillo-fort zou een havenmuseum, met onder meer de gerestaureerde kogge, één van de attractiepunten van Doel kunnen worden, mede in het belang van de haven.
Overheid en bedrijven leveren al jaren belangrijke inspanningen om de industriële omgeving in de haven te verfraaien. Op de rechteroever wordt in het kader van het strategisch plan voor de haven veel aandacht besteed aan de zachte waarden. De ruimere landschappelijke omgeving, aansluitend bij het Verdronken Land van Saeftinghe, maakt Doel des te aantrekkelijker voor wandelaars en fietsers. Landschappelijke en bouwkundige kwaliteiten kunnen er moeiteloos hand in hand gaan met de havenactiviteiten van vandaag en morgen.
Rondvaart
Vandaag bestaat tijdens de weekeinden van het zomerseizoen een – gratis – veerdienst tussen Lillo-fort en Doel. Elk jaar lokt die 50.000 passagiers, wat voor een veerdienst in Vlaanderen een absoluut record is. Nog elk jaar stijgt dat aantal met pieken tot 3.600 opvarenden per weekeinde: tussen 2006 en 2007 groeide het aantal "overzetters" met 10.000. Tenslotte is de rederij Flandria destijds ook begonnen als "aardappelboot" die per boot aardappelen ging ophalen in Doel om die te verkopen in de stad.
Een rustiek herboren Doel kan dan ook één van de attractiepunten worden van een rondvaart die, vertrekkend vanuit het centrum van Antwerpen, meerdere polderbestemmingen met elkaar verbindt: via Antwerpen-Linkeroever (waar de aanlegsteiger wordt hersteld), Kallo en Liefkenshoek (dat ook volop toeristisch wordt geherwaardeerd) is Doel de volgende bestemming om dan via Lillo-fort terug te keren naar Antwerpen-centrum. Naast de klassieke toeristen kunnen duizenden Antwerpenaren hier een perfecte weekeinduitstap in vinden.
Oplossing voor mobiliteitsproblemen
Zowel vanuit de politieke als de economische wereld werd er al voor gepleit om de veerdienst het hele jaar door te laten varen, ook tijdens de week. Dat kan ondermeer de kans bieden aan talrijke werknemers om een hele omweg via Antwerpen te vermijden wanneer zij, van op de rechteroever, naar hun werk willen aan de overzijde van de Schelde. Voor wie tewerkgesteld is in dit gedeelte van de haven zou een woning in Doel heel wat mobiliteitsmiserie kunnen besparen. Die vraag bestaat trouwens vandaag al. Het Scheldedorp zou tevens een oplossing kunnen bieden voor de toenemende woningnood in de regio.
Met dit alles wordt een hechtere band gesmeed tussen de beide oevers en tussen polder en stad, via de gezamenlijke slagader Schelde. Die vormt inzake tewerkstelling, economische belangen, recreatie en natuurbehoud één gezamenlijke, vitale navelstreng tussen beide Scheldeoevers en is hét bindmiddel tussen de Antwerpse haven en de Waaslandhaven.
Lessen trekken
Eerlang wordt besloten over de toekomst van de linker-Scheldeoever. De initiatiefnemers van deze oproep leggen hun toekomstvisie voor het Dorp Doel vandaag dan ook op tafel, met alle begrip voor het belang van de haven en haar maatschappelijke waarden. Zij achten een zoveelste conflict tussen een dorp dat vecht om te overleven, en een haven die in alle richtingen tegelijk wil uitbreiden zonder dat de noodzaak daartoe op een sluitende manier wordt bewezen (en zonder dat de consequenties inzake mobiliteit bekend zijn), volstrekt overbodig.
Het Vlaamse én het Antwerpse beleid zouden hun lessen mogen trekken uit de geschiedenis van Oosterweel, Oorderen, Wilmarsdonk en Lillo op de rechteroever, zoveel jaar geleden. Een haven dient geen bedreiging te zijn voor haar menselijke omgeving.
Vroeger fungeerde de haven, via massale gebiedsuitbreidingen en allerlei zware vervuilingen en afvalschandalen, geregeld als een vijand voor haar omwoners. Dergelijke "oplossingen" zouden de dag van vandaag niet langer aan de orde mogen zijn. Het beleid dient intussen te steunen op synergieën, op het verzoenen van belangen tot meer harmonische ontwikkelingen die mekaar ondersteunen en versterken in plaats van mekaar in de weg te lopen.
Parel in de wereldhaven
Voorbeelden in buurlanden, zoals het samenleven van het dorp Pernis met de haven van Rotterdam of het dorp Mardyck met de haven van Duinkerke in Frankrijk, zouden inspirerend mogen zijn voor een economie op mensenmaat. Zelfs de havenexpansie van Zeebrugge slaagt erin om het dorp Zwankendamme te laten voortbestaan middenin de haven. Een moderne, actieve havengemeenschap kan zich blijkbaar op zoveel plaatsen naadloos verzoenen met haar omgeving. Waarom dan hier niet?
Doel is een uniek en onvervangbaar gegeven als laatste historisch polderdorp aan de oever van de Schelde. Het dorp is géén vijand van de haven. Het kan integendeel één van de parels worden aan de kroon van een wereldhaven.
Politici en havenbazen met een visie zouden dat mogen begrijpen.
Doel 2020, 5 februari 2008
Andere voorstellen voor de toekomst van Doel
► Hub Doel-Lillo (Erfgoedgemeenschap Doel, 2009): toekomstplan dat de zachte waarden (erfgoed, horeca, natuur, stilte, toerisme) verbindt met de harde waarden van de haven en de industrie, en economische meerwaarde creëert (pdf-brochure).
► Toekomstplan voor Doel (Doel 2020, 2005): gedetailleerde eisenbundel voor de leefbaarheid van Doel en de Polder |