Persmededeling KU Leuven Faculteit Architectuur Campus Sint-Lucas Gent , 25 februari 2016
DOEL 2.0
KU Leuven Faculteit Architectuur Campus Sint-Lucas Gent - 3 BarG Opo 55
Docenten: D. Devolder, P. Francois, J. Van Reusel
Wij zijn hier allen uit vrije wil, onafhankelijk, door niemand gevraagd noch betaald om dit te doen.
Wij hebben ons atelier, studio, leslokaal, kot of eigen praktijk verlaten om hier te zijn.
Wij stellen hiermee o.a. de vraag: wat is onze rol, als architect? Waar moeten wij mee bezig zijn?
Huizen, scholen, pleinen ontwerpen, jawel. Maar waar? Nu onze ruimte zo schaars wordt... is elke m2 woongebied kostbaar. Zeker als die gelegen is in een authentieke en levendige dorpskern. Maar ondanks de intentie van de huidige Vlaamse regering, om voorrang te geven aan woonkern-verdichting in plaats van het aansnijden van nieuwe open ruimte, is op deze plek dat waardevol woongebied zeer fragiel gebleken. En is de waarde ervan schijnbaar zwaar gezakt. Deze grond, met al haar verhalen en betekenissen, is geen stuiver meer waard...en moet plaats maken voor een dok vol water of een vlakte vol beton en asfalt... Blijven wij afwachtend toekijken? Of komen wij zelf in beweging? Wat is Doel ons allen waard?
"Geen nostalgisch gedoe over vroeger, noch over-de-hoofden-heen zwevende losse fantasieën over utopische droomprojecten." (bottom-up!)
"Vertrekkend vanuit de verwondering over zo veel schoonheid die hier aanwezig is, en hoe het mogelijk is dat die zo wordt aangetast. En vanuit de overtuiging dat er met bekwame, creatieve ontwerpers een beter scenario kan worden gedacht en verbeeld dan dat wat zich nu voltrekt..."
Pedagogisch: we hebben ons breed geïnformeerd in een ruime waaier van betrokken actoren, stakeholders, verwante disciplines,... en tevens diepgang gezocht in het eigen vakgebied; we zijn dus zeker niet over één nacht ijs gegaan, om connecties en syntheses te maken, om conclusies te trekken, en om het ontwerpend onderzoek als een open, creatief maar methodisch verantwoord en pedagogisch degelijk gestuurd proces te voeren.
Conclusies?
Een visie op de herontwikkeling van dit Dorp is nodig, gezien de grote hoeveelheid aan ruimtelijke kwaliteiten die studenten in hun ontwerpend onderzoek hebben genoteerd, ontrafeld, gezien en getekend. We noteren er enkelen:
- Door de sloop van vele huizen is veel open ruimte ontstaan; die kan ingezet worden als
- bouwgrond voor nieuwe woningen met private of collectieve tuinen
- bouwgrond voor publieke voorzieningen als een school, creche, samenwerkplek,cultuurvoorzieningen...
- voedselproductiegrond (urban farming, lokale voedselproductie,...)
- publieke open ruimte voor sport, spel, kunst, natuurbeleving
- Door de sloop van vele huizen zijn nog resterende huizen vaak van zelf getransformeerd van rijhuis naar een half-open bebouwing of vrijstaande woning. Hierdoor hebben deze oude, smalle en donkere (eerder kleine) huizen de potentie om gerenoveerd te worden tot kwalitatieve woningen met extra ramen, verrassende uitzichten op weide, dijk of kerk... gemene muren worden gevels;
- door de sloop van vele huizen kan een nieuwe verkaveling van percelen worden getekend, met waar nodig extra buitenruimte voor oude woningen (die zo een zij- of achteringang kunnen krijgen), en zo geoptimaliseerd kunnen worden qua bezonning, functionaliteit, privacy...
- Door de aanwezigheid van nog vele oude huizen (uit diverse perioden, zowel beschermd als bouwkundig erfgoed als onbeschermd maar typische architectuur van het vissers- en arbeidersdorp), kan een herontwikkeling zich baseren op een 'historische laag' die zowel bouwkundig kan zijn (bouwen op bestaande muren, funderingen, structuren...) als abstract en betekenisvol (patronen van percelen geven bv. schaal en korrel aan nieuwe ruimten, het behoud of hergebruik van oude materialen, details, beelden houdt ook herinneringen, verhalen, geschiedenis vast... Dit is een authentieke architecturale kwaliteit die niet aanwezig is bij nieuwbouw, nieuwe verkavelingen...
- Door de combinatie van oude en nieuwe gebouwen, waarbij van de oude gebouwen de hoofdstructuren worden behouden maar deze anders worden ingezet, kan een unieke nieuwe ruimtelijkheid ontstaan: tussenruimten (door het ontwerpen van nieuwe ruimten in een bestaande structuur ontstaan haast vanzelf en gratis nieuwe tussenruimten); nieuwe relaties tussen binnen en buitenplekken; extra plekken ontstaan (bv. oude zolders ontstaan om op te knappen als werkplek,...)
- Door de renovatie van enkele oude gebouwen zoals de school, het klooster, het parochiehuis, het Hooghuis,... heeft het dorp nog steeds sterke publieke oriëntatiepunten; deze gebouwen geven het dorp identiteit en kunnen (terug) gemeenschapsfuncties vervullen, ze zijn voldoende groot... (Deze plekken zijn bij nieuwe verkavelingen niet aanwezig); deze plekken met collectief gebruik en betekenis zijn dragers voor een gemeenschaps- en verenigingsleven, en ondersteunen het herstel van het sociaal weefsel
- Door de aanwezigheid van de grootschalige elementen zoals de omliggende industrie, de haven, het stratenpatroon dat overgaat in een landschappelijk patroon van loodrechte lijnen (grid) en van de nieuwe natuur- waterinfrastructuur is Doel nooit geïsoleerd, nooit losgekoppeld uit het groter regionaal weefsel. Dit maakt het wonen in Doel wel rustig en met grotere afstand tot andere woonkernen , maar nooit eenzaam of verlaten. Zowel het grid, de skyline van koeltorens, kranen en pylonen als de dijk, de Schelde en de passerende schepen houden Doel permanent verbonden met wat schijnbaar veraf ligt. Doel is een eiland van dorpse rust in een woelige zee van infrastructuur en natuur.
- Door het jarenlang verwaarlozen van het onderhoud van wegen en voetpaden, is op een spontane manier een zeer grote diversiteit aan micro-tuintjes ontstaan; deze plekken vol mossen, varens, struiken, klimop, wilgen kunnen gecultiveerd worden en geïntegreerd in nieuwe woningen, tuinen, pleintjes... als verticale of hangende tuinen etc. Het biedt een natuurlijke groene sluier, ondertussen eigen aan het beeld van Doel.
- Graffiti: door de jarenlange verwaarlozing en leegstand is een grote laag verf aangebracht op de resterende gebouwen. Dit zijn uitingen van individuen, soms sterk als beeld of slogan, maar in zijn geheel een sterk en markant element van Doels huidige identiteit. Het is verworden tot een groter geheel, een collectief beeld, dat nog steeds in verandering is. Dit graffiti-beeld is de visuele uitdrukking van het maatschappelijk proces dat zich de afgelopen 20 jaar in Doel afspeelde: het opgeven van een dorp, het verlaten en laten uitdoven, én het machteloos verzet hiertegen. Het is een gigantisch fresco als getuige van deze periode. Op bepaalde plaatsen kan dit beeld worden behouden en gecultiveerd, in een publieke ruimte (een markthal, een gaanderij,...). Op andere plaatsen kan een nieuwe verflaag, bijvoorbeeld uniform en passend in een groter geheel, en ontworpen als een collectief, architecturaal beeld, de graffiti neutraliseren en als een louter 'patine' werken. Dit geeft naast 'karakter' ook bescherming.
- Door de ligging aan de Schelde, en met een haven, is Doel een uitgelezen plek om via publiek watertransport goed bereikbaar gemaakt te worden met de RO, met andere kleine kernen in het Schelde-estuarium (Bath, Lillo, Liefkenshoek, Zandvliet,... Antwerpen). Doel kan zo een sterke kern zijn in een netwerk van levendige kleine kernen in een grootschalig industrieel landschap. Dit biedt veel kansen voor nieuwe bewoners om zich zowel economisch (werk, handel) als sociaal te richten op een veel groter gebied. Omgekeerd kan Doel een nog sterker trefpunt zijn voor toeristen, sporters en natuurliefhebbers die uit de grotere regio komen.
Tenslotte nog deze oproep:
Deze oefening is slechts een begin! Het is slechts een eerste aanzet. En het is niet alleen aan architecten om DOEL 2.0 te tekenen. We doen een oproep aan àlle ruimtelijke ontwerpers, stedenbouwkundigen, ruimtelijke planners en planologen, landschapsarchitecten, bouwkundige ingenieurs, procesbegeleiders, etc. om dit nieuw toekomstperspectief verder mee uit werken.
- En uiteraard doen we ook een oproep aan de overheid, zowel de Vlaamse Regering als de betrokken lokale gemeenten en het havenbestuur, om DOEL 2.0 mee te durven denken en hiervoor de nodige kansen te creëren. Er moeten nieuwe studies durven gemaakt worden , debatten moeten worden georganiseerd, ideeën moeten verder worden ontwikkeld en getoetst.... En dat steeds vertrekkend van de huidige situatie, met de inzichten van vandaag en de blik op morgen. Oude denkbeelden moeten oprecht en objectief in vraag gesteld kunnen worden.
- Er moet nu een lijn getrokken worden onder deze schandelijke periode van "uitdovingsstrategie", en er moeten nieuwe krijtlijnen worden uitgezet voor een fantastisch Doel 2.0: een leefbaar, maar altijd wel een beetje een apart dorp met unieke kwaliteiten!
- En... betrek er dan zeker de beste ontwerpers bij!
- Wij (KU Leuven Faculteit Architectuur) plannen alvast nieuwe 'ontwerpende onderzoeken' in de nabije toekomst!
|