De Vlaamse regeringsverklaring over Doel

Het regeerakkoord van de Vlaamse regering (deel IV, hfdst. 2, H) d.d. 13.07.99 bevat volgende passus over de plannen van de Vlaamse regering met Doel:

Binnen twee jaar moet door de Vlaamse regering voor elk havengebied in Vlaanderen een strategisch plan en een ruimtelijk uitvoeringsplan worden opgesteld dat uitgaat van een maximale bescherming van de omliggende woonzones, het behoud en het versterken van de ecologische infrastructuur binnen en buiten het havengebied en een zuinig ruimtegebruik, waardoor de economische expansie van die havens niet langer gelijkstaat met het innemen van steeds nieuwe open ruimte ten koste van landbouw, natuur of bestaande woongebieden.

Vanuit deze visie wordt op basis van het Strategisch Plan Linkerscheldeoever het ruimtelijk uitvoeringsplan voor de Waaslandhaven vastgelegd. Dit strategisch plan, dat inmiddels vertaald werd in een tweede gewestplanwijziging, legt de harde grenzen van het Antwerps havengebied op de Linkerscheldeoever vast, waardoor de gehuchten Prosperpolder, Safthinge en Ouden Doel enerzijds, en de dorpen Kallo, Verrebroek en Kieldrecht anderzijds, op veilige afstand van de haven definitief worden beschermd.

Wat Doel betreft, wordt de beslissing in verband met de containerterminal Deurganckdok bevestigd en uitgevoerd. Er wordt een studie uitgevoerd die moet onderzoeken of Doel in de gegeven omstandigheden als sociaal-economisch leefbare kern kan blijven verder bestaan. Dit onderzoek moet alle aspecten van de leefbaarheid onderzoeken inzake geluidshinder, lichtvervuiling, milieuhygiëne, de sociaal-economische leefbaarheid, landschaps- en gemeenschapsbeleving. Cruciaal hierbij is de problematiek van de bestemming van de vrijgekomen specie bij de aanleg van het Deurganckdok. Alle opties moeten hierbij bekeken worden, o.m. de bestemming van het Doeldok. Ondertussen wordt het Sociaal Begeleidingsplan verder uitgevoerd.

De principes van het strategisch plan vormen voorts de vertrekbasis voor elke verdere ontwikkeling van de haven, ongeacht of het hierbij gaat over maritieme, dan wel over industriële ontwikkeling. Deze ontwikkelingen kunnen pas dan plaatsvinden wanneer daartoe op een gestructureerde wijze de inspraak van de bevolking en alle betrokkenen in het Waasland georganiseerd is.

Bij het beheer van de Antwerpse haven moet een substantiële inbreng van het Waasland gegarandeerd worden.

Tevens zullen deze ontwikkelingen voortaan gekoppeld worden aan de realisatie of de versterking van de ecologische infrastructuur in en rondom het havengebied. Tot slot moet bij elke inname van nieuwe gronden in het havengebied worden aangetoond dat de beschikbare reserves inzake industrieterreinen hiervoor niet in aanmerking komen. Daartoe moeten op decretaal niveau nieuwe instrumenten (heffingen, convenants) worden gecreëerd die eigenaars (privé of andere) van dergelijke terreinen, zoals in de Waaslandhaven ertoe aanzetten hun ongebruikte terreinen te (re)valoriseren voor industrieel gebruik.



Deze webstek wordt het best bekeken met Netscape Navigator 4.0 of Internet Explorer 4.0 of hoger.
© 1999 Doel 2020